De laatste thuiswedstrijd van TOP Oss voor het WK de competitie tot pauzeren dwingt, breekt op vrijdagavond aan. Tegenstander is Jong AZ, het best presterende beloftenteam van de competitie.  “De statistieken zouden uitwijzen dat het een stuk makkelijker is tegen ‘Jong’ teams,” aldus trainer Kristof Aelbrecht, “maar dat is absoluut niet zo.”

Kristof Aelbrecht had de kans niet om lang stil te staan bij de pijnlijke nederlaag van vorige week. De hoofdtrainer van TOP Oss moest immers snel schakelen om zijn ploeg op de rit te krijgen voor de volgende wedstrijd. “Zaterdag en maandag hebben we in twee groepen getraind in verband met een oefenwedstrijd die gepland stond op De Herdgang, tegen Jong PSV. De jongens die minder minuten hebben gemaakt hebben weer een wedstrijd gespeeld. Door zo’n wedstrijd krijg altijd nieuwe inzichten en kunnen we schetsen wat ze op vrijdag kunnen betekenen voor het elftal. Veel van hen hebben zich op een positieve manier laten zien, en dat was het resultaat van de met 1-2 gewonnen wedstrijd ook.”

Laatste thuiswedstrijd voor de pauze
De extra overwinning tegen een beloftenteam is een prettige opsteker, maar de coach weet als geen ander dat zij niet te onderschatten zijn. Dat geldt dubbel voor Jong AZ, dat momenteel het best presterende tweede team van de competitie is. “Ze staan niet voor niks vijfde”, beaamt Aelbrecht. “Als voetballer hebben zij dusdanig veel kwaliteit dat wij goed voor de dag moeten komen willen wij resultaat halen.” Bovendien zijn zij onvoorspelbaar als tegenstander in wie zij opstellen. “Het enige wat je vaak weet van de ‘jong’ teams is dat zij een bepaalde manier van spelen hebben. Daar proberen ze vaak zo lang mogelijk aan vast te houden, ongeacht de stand.”

Het duel met Jong AZ is voorlopig de laatste thuiswedstrijd voor de Ossenaren. Dat er door het WK een vroegtijdige pauze komt in de competitie is vooralsnog niet iets waar de trainer zijn hoofd over gebroken heeft. “Eigenlijk heb ik er nog helemaal niet over nagedacht of het juist goed uitkomt of niet. Andere teams hebben ervoor gekozen om hun rust te pakken, maar wij kiezen er in elk geval voor om in de interlandperiode door te trainen.”